Hij deed
me denken aan Hugh Hefner,
de flamboyante
founding vader van Playboy die zich als uitgerimpelde grijsaard nog steeds liet fotograferen
midden een nest babes. Hij strompelde
ietwat gebogen
met een stok vooruit met een stijfheid die zowel naar Parkinson, artrose als een oude beroerte kon verwijzen. Hij droeg
een soort van Panama-hoed
zonder rouwband,
om zich te beschermen tegen de Senegalese zon of misschien om zijn verkreukeld gezicht
wat te maskeren. Zijn grijze walrussnor en
zijn volle wenkbrauwen hadden
van hem een blueszanger kunnen maken ware het niet dat hij vermoedelijk veel
te rijk was voor iemand die zijn leven aan de muziek gewijd had.
Hij deelde
zijn tafel met een bloedmooie Senegalese
van wie
de zwarte slanke lijnen prikkelend welfden
in haar wit strandkleedje. Vanonder haar
rossig
ontkrulde haardos, tuurden haar bruine ogen uitdagend de omgeving af om de begerige blikken op te vangen van de andere mannen in het restaurant.
Het
meisje had zijn kleindochter
kunnen zijn. Genetisch zou dit impliceren dat hij gehuwd geweest was met een zwarte en dat één van hun mulatte kinderen
opnieuw een
zwarte partner
had gehad om een chromosoom te produceren dat
voldoende pigment
induceerde om
haar huidskleur
verklaren. Vermoedelijk was dit niet het geval geweest en had de constellatie
aan tafeltje
vier, meer met geld en seks te maken, dan met genetische capriolen.
Het
Lamentin Beach Hotel stond
bekend als een luxeparadijs
voor West-Europeanen
die
hun herfst of winter enkele dagen wilden inruilen voor
de Senegalese
zon.
Een tiental
jaar geleden had hij besloten aan de “Petite Côte” een hotel te bouwen in Europese stijl.
In
2011 was het volledig afgebrand
en de gloednieuwe résidence had kunnen doorgaan voor een Hiltonversie
ware het niet dat de strooien daken van de hutjes en de palmbomen op het terras het besef levendig hielden dat men
in Afrika was.
Wanneer je
tussen het hoofdgebouw en
het zwembad
door wandelde,
moest je eerst een geïmproviseerd souvenirmarktje
passeren voor
je uitkwam bij het grote podium waarrond de aperitiefsuites en dinnertafels waren opgesteld.
Hier
vonden elke avond optredens plaats, gaande van een Afrikaanse
discobar tot
traditioneel djembe-gedruis
en dans en op zaterdagavond een modeshow.. Wat verder liep de weg uit in de richting van een zandstrand
met daarnaast een kleine jachthaven.
De meeste
zonnekloppers hielden
het bij het zwembad en het waren vooral de amateurs van zeescooter
een catamaran
die het op de beach voor
het zeggen hadden.
De
naam van het hotel, Lamantin,
verwees naar een soort Afrikaanse zeemeermin; het was gelegen 60 km ten zuiden van Dakar, in Saly,
het Knokke van Senegal.
Reisgidsen
deden wat denigrerend over dit luxe-ressort alsof de inplanting van dergelijke hotels
aan Miami Beach of aan de Golf Van Akaba meer sociaal-ecologisch
verantwoord was
dan hier in het arme Senegal.
De
gazelle (Senegalese uitdrukking voor vrouw) was afkomstig van een dorpje tussen de kuststad Joal en N'Dangane aan de rand van de Siné Saloum Delta.
Het waren
sterk agrarisch
georiënteerde gemeenschappen
waar men in de schaarse regenmaanden
aardnoten, rijst en couscous teelde.
Sommigen hadden een beperkte veestapel
met koeien, geiten
en kippen en hier daar wat varkens wat je in de rest van Senegal nauwelijks
zou
aantreffen vermits
het land overwegend moslim
was.
Zij behoorde
echter tot de Sérèr
waar de meerderheid christen
was doch
hun geloof was sterk vermengd met het zogenaamde
animisme met
een groot belang aan fetisjen, grigri's,
rituelen en
toverij.
Vervoer van
goederen gebeurde
met een ezelskar en planten en oogsten was quasi 100% manueel.
Er was een schrijnend gebrek aan goed onderwijs en gezondheidszorg omwille van de geïsoleerde ligging en de slechte bereikbaarheid.
Er was een schrijnend gebrek aan goed onderwijs en gezondheidszorg omwille van de geïsoleerde ligging en de slechte bereikbaarheid.
Ze woonde met haar familie niet ver
van de kust en haar vader en haar broers waren vissers.
Ze voeren elke dag op zee met hun
pirogue om in de plaatselijke vismijn hun vangst aan groothandelaars te
slijten.
Doordat
de Chinezen visconcessies hadden bekomen van de overheid in ruil voor de bouw
van voetbalstadia, werden de lokale vissers beconcurreerd met meer moderne
methoden en bovendien was er geen controle op de quota en de afbakening van de
viswateren.
Zo
was de familie van het meisje vijf jaar geleden naar de hoofdstad Dakar verhuisd
om hun geluk
te zoeken in deze sterk groeiende
metropool.
Onze bejaarde casanova had in zijn
jonge jaren in Noord-Frankrijk
een bedrijfje voor de productie van pindaolie opgericht waarvoor
hij heel veel in Senegal had verbleven vermits ze de belangrijkste producent
waren van aardnoten.
Het bedrijfje
was overgekocht
door een groot voedingsconcern waar
hij nog verschillende
jaren een managementpositie had bekleed doch
het grootste deel van zijn vermogen had hij te danken aan de verkoop van zijn bedrijf.
Overdag
had de Fransman fotootjes
zitten nemen van welbepaalde lichaamsdelen van
zijn model
die
naast hem
aan het
zwembad lag te zonnen.
Het was niet zo duidelijk wie hier wie
aan het uitkleden was…
"Ik woonde er in een "compound" (meerder kleine gebouwen rond een middenplaats) samen met mijn broer, mijn zussen, mijn ouders en de familie van twee broers van mijn vader alsook nog mijn grootmoeder
die in de 70 was”, antwoordde ze : “Als katholiek meisje
was het niet evident om in Dakar een katholieke man te vinden.
Er werd
onderhandeld om
me te
koppelen aan een bemiddelde moslim-man op basis van een zogenaamd "open huwelijkscontract" wat eigenlijk wou zeggen dat het hem toegelaten was om meerdere vrouwen te hebben.
Toen
ik hoorde dat men in Saly hostessen zocht, heb ik mijn familie adieu gezegd en ben ik in dit paradijsje
beland."
"Met mijn familie is quasi alle contact verbroken. Enkel met mijn zus kan ik nog af en toe een sms-je uitwisselen.
We
komen wekelijks
samen om onze ervaringen
uit te wisselen en we hebben ook een blog opgezet om onze ideeën te verspreiden.”
"Wordt
dat hier zomaar getolereerd? ", vroeg
de man : "Is er hier niet zoiets als een veiligheidspolitie?"
"Senegal is één van de weinige Afrikaanse
landen waar
geen censuur
is", antwoordde ze : "maar als de beweging wat impact zou krijgen, zullen ze je wel eens een bezoekje brengen. Journalisten mogen
schrijven wat
ze willen maar af en toe worden ze een dagje opgepakt om duidelijk te maken dat er grenzen zijn aan de vrije meningsuiting."
"Ik
ben nochtans
aan
dit land verknocht", zei de man :
"Een
paar jaar geleden heb ik in een dorpje in de Casamance en initiatief opgestart voor
de productie
van honing.
In
mijn vrije tijd was ik een gepassioneerd imker
en ik had materialen
meegebracht uit
Frankrijk en
een paar Senegalezen geleerd
hoe je een bijenkolonie
moet opzetten
en onderhouden.
Die hebben
de plaatselijke prijs gekregen
voor innovatief
ondernemen en
er stonden
direct tientallen
"locals"
in de rij om mee op de kar te springen."
"Maar is dit geen druppel op een hete plaat?", vroeg het meisje :"Iedereen eet nu een klein beetje honing bij zijn rijst en met veel moeite kunnen ze een potje op de plaatselijke markt
verkopen maar
een economisch
wereldwonder zal het
voor de streek niet worden, vrees ik."
"Net zomin als jouw vrouwenbeweging de
positie van
de Afrikaanse
vrouw zal op zijn kop zetten",
antwoordde de
man. "Trouwens
de Europese
vrouw, is dat jullie ideaal?
Is dat het ultiem te bereiken doel?"
"Ik weet niet wat het doel is", antwoordde de
vrouw :"Ik weet alleen dat we op zoek zijn naar een positie, een
identiteit als
Afrikaanse vrouw
die niet samenvalt met de katholieke huismus, de gesluierde moslima of de Europese carrièremadame."
Intussen
was het Afrikaanse dansen
gestopt en vervangen door een modeshow met een trits van “Naomi
Campbell-achtige” modellen
die strandkledij
showden.
Hoewel ze
tot meer dan 1000 jaar oud kunnen worden, hebben ze
relatief ondiepe
wortels maar een sponsachtige
stam en takken waarin ze tot 100.000 liter water kunnen vasthouden.
In plaats van water heeft hij al die jaren herinneringen opgeslagen
uit de geschiedenis van
de mensen die rond hem woonden.
Met pijn
in het hart heeft hij gezien hoe op het einde van de 16e eeuw hele families door zwarte collaborateurs werden
weggevoerd en
opgesloten in
de slavenhuizen
van Ile
de Gorée.
Hij
hoorde vertellen
hoe families uiteengerukt werden, zieken in het water gegooid, weerspannigen
opgesloten in
een laag donker hok en hoe meer dan 10 miljoen zwarte
slaven vanuit
Afrika werden
verscheept naar
de Nieuwe Wereld.
Ze werden er geruild tegen tabak, koffie en andere producten
die in Amerika
gemaakt werden
en die verscheept werden
voornamelijk naar
Engeland, Frankrijk, Spanje en Portugal.
Het was
vooral onder
impuls van de Engelsen geweest dat de slavernij in de 19e eeuw werd afgeschaft.
Ze werd
gevolgd door
een meer dan 100 jaar durende kolonisatie waarbij
vooral de grondstoffen uit
de Afrikaanse
bodem waren
gegeerd voor
de industriële
productie die
in Europa was opgezet.
De
baobab had in
de jaren ‘50 de onafhankelijkheidsstrijd meegemaakt en de bloedige of minder bloedige geboorte
van de huidige Afrikaanse
landen.
Het had
hem deugd gedaan dat
de transitie
naar een eigen republiek
in Senegal geweldloos was
verlopen en
dat zijn land een reputatie had opgebouwd van
democratische besluitvorming, grote tolerantie tegenover
rassen en religies en een relatief stabiele
leefsituatie zonder
al te veel extremisme
en geweld.
Een megastandbeeld aan de rand van
Dakar moest de overtuiging van het Senegalese volk symboliseren voor een betere
toekomst.
In
de laatste 10 jaar had
hij toeristen
zien komen in zijn gebied die kinderen kleurpotloden gaven, die de bizarre levenswijze van
zijn mensen
175 keer digitaliseerden, die nieuwsgierig monsterden hoe ze rijst maakten, die projecten opstarten voor
een meer efficiënte landbouw
of die zonnepanelen hadden
geschonken voor straatverlichting.
Niet zonder
enige irritatie
had hij moeten toelaten
dat Senegalese
"kunstenaars" hun koopwaar etaleerden
tussen zijn
tenen.
Hij zag hoe Westerse toeristen
zich een weg moesten banen tussen hun koopwaar terwijl ze de Senegalese
opdringerigheid als
ambetante
vliegen probeerden op afstand houden.
Het grootste gedeelte
van de wereldbevolking zou
nooit iets hebben
vernomen over
de apenbroodboom, had Antoine de Saint Exupéry hem niet als een steracteur opgenomen in zijn boek over de Kleine Prins.
Was het
verhaal van
de liefde tussen de prins en de roos niet mee ontsproten
uit de legendarische reizen van de Franse piloot in Afrika?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten