zondag 9 juni 2013

The speaking tree of Poznan

“What happened with your roots?”, a Russian tourist asked the Bald Cypress tree that was overlooking the swamp territory with an air of invincibility.
“Originally my family is from a country at the other side of the world and I was brought in this botanic garden at the time the castle of Kornik was build about 20 miles away from Poznan.




But after the Second World War, a communist swamp was invading my territory almost suffocating my roots.
I kept enough air to survive but too little to be a healthy flourishing tree.

In 1980 a working-class man with a moustache, understood that he had to do something to help me and he tried to make a revolution against your compatriots .


At the start, he seemed to succeed until the communists put him in prison in December 1981.
He recieved the Nobelprice for peace in 1983.
In the spring of 1988, his union, Solidarnosc, restarted strikes again and in April 1989, they forced the government to accept the Round Table Agreement than resulted in free elections.
Lech Walesa was president in 1990 but his charisma declined and in 2000 he obtained not more than 1% of the Polish votes.
At the time of the fall of the Berlin Wall in 1989, when Michaël Gorbatjov was president of Russia and Walesa obtained his victory, I felt like an electric current in my roots appealing on my creativity to do something new, to make a change in my situation.
So I gradually moved one of my roots to the surface, pushed it above the ground so that it was able to catch air and aerate the soil under my feet.

This first move had to do with our language.
I don't think you realize, Mr. Tourist, but our fathers hated to speak German and we were reluctant to learn Russian at school.
So English became the second language indicating that our mind was directed to the West.

The second root that raised up, had to do with colours.
We had enough of the Stalinistic gray concrete and we started to paint the walls of the huge apartments in the suburbs.
Especially at our Great Market in Poznan, we nourish the colorful houses and our famous renaissance Town Hall.




We will never forget the humiliation when we were not allowed to place an eagle as our national bird on top of one of the houses because the Prussian Emperor thought it was a symbol of Polish nationalism.



The pelican remained but the symbol of the city was assigned to the fighting goats, friendly with the kids but fighting in the tower of the Poznan Townhall when the hour is ready to defend the autonomy of the city.


We have learned to belief in our strengths and to go our own way without provoking our neighbours.

So the third root has to do with our inclination to Western Europe.
We are part of the European Union and the NATO and we were considering to adopt  the euro as currency but I think it might be their turn to do some homework before we decide.
Many of us have studied or worked in Westeuropean countries but until recently it was hard for them to get good positions in Poland because the ruling establishment was sick on nepotism and self protection.

But also this will pass away because of the success of my fourth root : the installation of the free market economy.
In ’89, we were confronted with an hyperinflation of 700%.
Under the impulse of minister Balcerowicz, Poland has had an economic growth of more  6% from 1991 to 2006 and did hardly suffer from the banking crisis of 2008.

Maybe this fourth rote was in fact preceded by the fifth one : the revival of our creativity.
Of course you know the piano sonates of Frederic Chopin and the movies of Polanski and Kieslowski but you should taste our very local creations!
Let yourself invite by Michael and Joanna in the restaurant “Sun Bridge” where you can taste the smell of a new Poznan generation : two star food, friendly atmosphere, the voice of Zaz and Bayreuth and rough stone walls partly covered by wreaths.



You won’t notice that the place is not more than 20 m² but having a liaison to the bridge over the Warta.

Can I suggest, Mr. Tourist, that you take out your beloved woman for dinner on the bridge, locking your names at one of the posts and throwing the keys in the water so that your hearts will never be separated again.




It's more romantic than locking other peoples hearts by stealing their freedom of speech, don’t you think?

And when you walk over the bridge, you will discover the heart of  Poznan where they were brave enough to reconstruct the Peters and Pauls Cathedral in communist time.”



zaterdag 11 mei 2013

Interview met koningin Raina van Jordanië


"Wat vindt u van het verbod in Westerse landen op het dragen van een hoofddoek door een islamitische vrouw?"
"Beoordeel een vrouw naar wat in haar hoofd zit en niet wat ze op haar hoofd draagt", antwoordde koningin Raina aan de journalist.



De trend van het interview was gezet, het was duidelijk dat je deze "Chanel prinses" niet zomaar uit balans bracht.
Raina werd in 1970 geboren in Koeweit in een Jordaans gezin van Palestijnse oorsprong.
Haar vader was kinderarts in een Koeweits ziekenhuis en Raina studeerde business of administration in Caïro.
Toen Saddam Hoessein in 1990 Koeweit binnenviel, vluchtte het gezin terug naar Jordanië.
Daar werd prins Abdullah tijdens een diner verliefd op de mooie Raina en zes maanden later op 10 juni 1993 trouwden ze.
Ze zet zich in voor de verbetering van de positie van de vrouw, beter onderwijs en meer scholen voor kinderen, microfinanciering voor beginnende ondernemers en het bewaren van de Jordaanse culturele erfenis.
Ze is meertalig, reist de hele wereld rond en staat sinds 2008 op de Harper's list van 100 machtigste vrouwen ter wereld.
Maar kan je de identiteit van de Palestijnse moslima belichamen en tegelijkertijd een mode-icoon zijn voor de westerse wereld?

"Je bent een ster", probeerde de journalist.
"Dat klinkt als een compliment en een complement.", antwoordde de koningin, "want als je in de rode driehoek van de Palestijnse vlag een ster aanbrengt, dan heb je de Jordaanse vlag.”



"Ze maakt zelf de opening naar de politiek", dacht de journalist.
"Mevrouw de koningin, wat is het geheim van Jordanië dat het in de loop van de laatste decennia een zekere stabiliteit en vrede heeft gekend terwijl het omringd is door conflicthaarden als de Joods-Palestijnse kwestie, de Burgeroorlog in Syrië en de explosieve situatie in Irak."

"Weet je, meneer", antwoordde Raina, "het Jordaanse volk is altijd overheerst geweest door machtige staten; denk maar aan de Assyriërs, Babylonieërs, de Perzen, de Grieken en de Romeinen.
Toen in de zevende eeuw na Christus de Islambeweging oprukte vanuit Mekka en Medina, kwamen uit het verre Europa de kruisvaarders ons lastig vallen omdat ze vonden dat ze het Heilige Land moesten beschermen.
Later kwamen Egypte en vooral de Turken op het toneel en in de 20e eeuw waren de kolonialen van Europa plots in ons geïnteresseerd.
Net als Vlaanderen, een klein landje ergens aan de Noordzee, hebben wij geleerd om te overleven door ons aan te passen.

In de eerste eeuw voor Christus onder Pompeius werden de belangrijkste steden ten oosten van de Jordaan door de Romeinen verenigd in een semi onafhankelijke tiensteden bond, de Decapolis.
In Jerash kan je nog de ruïnes zien van Gerasa met de triomfboog van Hadrianus, die hippodroom, een amfitheater, de tempel van Artemis en een prachtig ovalen forum, uniek in de oudheid.




In Umm Qais kan je in een andere Decapolisstad, Gadara, kuieren langs het amfitheater en het leuke tongewelf is waarschijnlijk een restand van de vroegere winkeltjes.



Je hebt er een prachtig uitzicht over het meer van Tiberias en de Golanhoogte.


En uit dezelfde tijd stamt onze grote trots : Petra, het wereldwonder van de Nabateeën.
Dit volk werd een eerste keer vermeld in de vierde eeuw voor Christus.
Het waren nomaden die hun kamelen en schapen in de woestijn weidden en woonden in tenten bij de waterbronnen waarvan zij alleen het bestaan kenden.
In de tweede eeuw voor Christus werd het een koninkrijk. Ze haalden vooral hun invloedssfeer uit de controle van karavaanroutes die door deze strategisch belangrijke streek passeerden.
Ze sloten deals met de Romeinen waardoor ze hun handelsmonopolie en relatieve onafhankelijkheid konden behouden.
In hun bouwwerken combineerden ze elementen van de Grieks-Hellenistische en Romeinse cultuur tot een specifieke Nabateeën-architectuur. Deze werd herontdekt door Johann Ludwig Burckardt in 1806 toen hij vermomd als moslim op zoek ging naar de bronnen van de Niger.
Heb je in Petra de monumentale graftombes al gezien uitgehouwen in de okergele en roodbruine rotsmassa?



Ben je al geklommen tot de grote offerplaats van de High Place en ben je dan afgedaald langs de Wadi el-Farasa waarbij je de Leeuwenfontein passeert en het Soldatengraf en uiteindelijk langs de grote Colonnadestraat naar het Amfitheater trekt?



Net voor je de Sikh-kloof binnenwandelt, word je stil van het Schathuis van de farao met de godin Isis in het midden en Castor en Pollux met hun paarden in de zijnissen beneden.



De Decapolis en Petra leven in ons voort. Wij Jordaniërs zetten onszelf op de kaart niet door anderen te overheersen maar door diplomatisch en respectvol met onze buren om te gaan."

“En Lawrence of Arabië?” probeerde de journalist, :“Was dat geen grote held hier in de woestijn een kleine 100 jaar geleden?”

“U bedoelt Peter O’Toole uit de meervoudige Oscarwinnaar van David Lean in 1962?” antwoordde ze vol ironie : “ U weet toch dat de Golf van Aqaba zeer strategisch was voor de Britten en dat ze de Duitsers en de Turken hebben teruggedreven tot aan Damascus en dat ze dan aan de Arabieren allerlei beloften hebben gedaan over onafhankelijkheid die ze niet zijn nagekomen omdat ze met de Fransen een deal hadden gemaakt over de verdeling van het Midden-Oosten?
Nee, meneer, Lawrence van Arabië mag dan wel een sympathie gehad hebben voor de Arabische nomaden maar onze held is hij zeker niet.
Positief is wel dat hij het toerisme in de Wadi Rum woestijn een enorme boost heeft gegeven ook al zou hij nooit gedronken hebben van de bron die naar hem genoemd is.”



“Van Hollywood naar het Vaticaan”, dacht de journalist, “van de woestijn naar de Jordaan” :
"Is het je diplomatiek talent dat de paus in 2000 naar Betanië heeft gehaald?



Het is toch niet evident om in een zo "beladen" zone het opperhoofd van de Katholieke Kerk uit te nodigen op een heilige plaats niet alleen voor christenen maar ook voor joden en moslims?" en hij dacht aan die drie kerkjes die op de heuvelrug waren ingeplant: een Koptische en Armeense en een moskee en ook aan de Grieks-orthodoxe kerk vlakbij de Jordaan waar veel dooprituelen plaatsvinden.




"Geef aan de paus wat de paus toekomt, geef aan Israël wat Israël toekomst, en aan Mohammed wat Mohammed toekomt. Staat zoiets niet in de bijbel?" zei ze wat smalend.

De journalist dronk zijn thee leeg en nam afscheid van de koningin op het monumentale terras van het Kempinski hotel van Aquaba, dat als een Kandinsky-schilderij neergeplaveid was in de Rode Zee.



Toen ze statig als een pauw de hotellobby verliet, vroeg hij zich af aan wat zij haar schoonheid danken had?
Misschien was het de reflexologische therapie of de massage met hete, zwarte stenen of de silicone-gelaatsbehandeling of de moddermassages van de Dode Zee die het verschil maakten?



Maar wat voor vrouw hield zich verborgen achter de publieke sluier die ze niet droeg?
Zou haar binnenste even gepekeld zijn als de Dode Zee waar de vissen rechtsomkeer maken of eerder levenswekkend zoals het water van de Jordaan waarin een man Gods was gedoopt nu meer dan 2000 jaar geleden